Smeerwortelgier

Mest maken van smeerwortel

De doe-het-zelf wormenbuis

Door werkzaamheden aan het riool had ik nog wat pvc-buizen over. Via deze website ontdekte ik dat zo’n pvc-buis ideale huisvesting is voor wormen. Het idee van een worm tube is dat je wormen de buis in lokt met groente- en fruitafval en dat de wormen jou belonen met hun vruchtbare poep.

Een wormenpijp is in een poep en zucht gemaakt. Je boort een paar gaten aan één kant van de pijp. Dat lukte mij zelfs nog met een schroefmachine.

Ik heb de gaten wel een beetje opgeschuurd want het moet voor de wormen wel comfortabel zijn om door de gaten te kruipen. Vervolgens heb ik de buis – met de gaten naar beneden – de grond in geboord, op een plek dichtbij mijn keuken. Daarna werd het tijd om de wormen te gaan voeren. Hun eerste maaltijd bestond uit bloemen van de magnolia op een bedje van zevenblad.

“We come from the earth, we return to the earth, and in between we garden.”
(Unknown)

Koninginnedag 2010

De zaadbommenkraam wordt opgebouwd

De Groene Vinger verkocht zaadbommen op de vrijmarkt in Leiden.

Peatini bommen, al aan het ontkiemen

Zaadgranaat gevuld met kruiden

Zaadbom, vermomd als hondedrol

Je moet de cocktails van Hak hebben

Na het zien van de eerste aflevering van The Edible Garden (BBC2) weet ik wat me te doen staat deze zomer: peatini cocktails maken en drinken!

Voor peatini heb je jonge erwtenscheuten nodig. Daar heb je geen moestuin voor nodig want je kan het simpelweg opkweken in de vensterbank. Voor de erwten heb ik pak spotgoedkope groene erwten van Hak gebruikt (500 gram, €0,89). De eerste erwtjes kwamen al binnen een paar dagen op.

Over een tijdje hoop ik de jonge blaadjes te gaan oogsten. Je kan er een salade van maken maar mijn erwtenscheuten zullen verwerkt worden tot een zomerse cocktail.

Het recept:
50g jonge erwtenblaadjes
100 ml water
50 ml gin
20 ml suikersiroop
een halve citroen

De erwtenscheuten pureer je en daar maak je met het water een papje van. Deze puree gooi je samen met de suikerstroop en wat citroensap in de cocktail shaker.
Schudden en klaar!
Zie hier het instructiefilmpje.

Er zijn trouwens nog veel meer recepten met erwtenscheuten op internet te vinden.

De kunst van het voortplanten

Als je huis, zoals de mijne, aan elkaar hangt van Marktplaats en kringloopwinkel-vondsten, dan schrik je je dood als je de prijzen bij de meubelboulevard ziet. En zo is het ook met tuinieren. De plantjes in mijn tuin heb ik óf zelf opgekweekt uit zaad óf als stekje gekregen óf ‘tweedehands’ uit een andere tuin gehaald. Het komt maar zelden voor dat ik een plant bij het tuincentrum koop en als ik dat doe dan verbaas ik me over de prijzen.

Planten kopen voelt voor mij een beetje als vals spelen. Laat mij maar planten scheuren, zaden bewaren en zoeken naar de jonge uitlopers. Persoonlijk vind ik dit één van de leukste dingen van tuinieren: al die gratis plantjes die overal opduiken. Neem nou de herfstaster. Sommige mensen zullen zeggen dat het vervelend is dat deze plant zo woekert en dat doet de herfstaster ook wel een beetje. Vorig jaar had ik er eentje en dit jaar heb ik er al dertig. Maar is dat een probleem? Nee! De jonge plantjes zijn makkelijk op te graven. Je hoeft ze alleen nog maar even los te knippen/snijden van de moederkluit. En wat doe ik met al die baby’s? Veel geef ik weg, maar je kunt ze ook verkopen of ruilen, op een stekjesmarkt bijvoorbeeld. Voor je het weet heb je geen tuin meer maar een kwekerij.

If you can’t beat it, eat it!

Mijn tuin wordt geteisterd door het onkruid zevenblad, het meest hardnekkige onkruid dat ik ken, met de prachtige bijnaam tuindersverdriet. Terwijl de rest van mijn tuin nog in winterslaap verkeert, steekt, tot mijn grote frustratie, Aegopodium podagraria al weer de kop op. Hoe je ervan afkomt? Je tuin tot twee meter diep afgraven maar zelfs dan is genezing van tuindersverdriet nog niet verzekerd.

Ik heb me erbij neergelegd, zevenblad is here to stay. Maar elk nadeel heb z’n voordeel en dus ook zevenblad. Je kan het namelijk eten. Het waren nota bene de Romeinen die hier zevenblad hebben geïntroduceerd om de soldaten van verse groenten te voorzien. En ik moet zeggen, dat is een briljant plan geweest. Want zevenblad hoef je geen water te geven, niet te bemesten en de slakken lusten het niet. Kortom, een zorgeloze Romeinse moestuin.

Ik heb het nog niet aangedurfd om mijn zevenblad te eten maar ik ben wel alvast begonnen met het zoeken naar recepten. Zevenblad schijnt qua smaak vergelijkbaar te zijn met spinazie en nog gezond te zijn ook. Ik verheug me nu al op zevenbladsoep, quiche en omelet. Laat zevenblad dit jaar maar weer weelderig woekeren. En voor wie geen zevenblad in de tuin heeft, dit onkruid is ook te kopen in het tuincentrum.

Ondertussen vraag ik me af welk onkruid ik nog meer onterecht heb uitgerukt. Is er nog meer eetbaar onkruid? Graag tips, want zo’n if-you-can’t-beat-it-eat-it-moestuin past wel bij deze luie Groene Vinger.

Tuinactivisme

Wel een jeukende groene vinger maar geen tuintje, sluit je dan aan bij de Guerrilla Gardeners. Deze tuinactivisten leggen tuinen aan op plekken waar het officieel niet mag. Bijvoorbeeld een stuk land wat al lang braak ligt en waar maar geen nieuwbouw op komt, of een boomsingel of bloembak die leeg is. Iedereen kan een Guerrilla Gardener worden.

Lusthof en slagveld afbeeldingen